Nederlands 1 (B-TM-Z25686)




Doelstellingen
LITERATUUR
De student:
- licht de evolutie van jeugd- en adolescentenliteratuur toe.
- licht de geschiedenis en evolutie van de Nederlandse taal en literatuur toe aan de hand van een selectie van referentiewerken uit de Literaire Canon en kan die teksten plaatsen in een literair-historische context.
- reflecteert op en dialogeert over de eigen culturele beleving en onderwijskundige ontwikkelingen.
TAALBESCHOUWING
De student:
- past de regels van de Nederlandse spelling correct toe en verklaart de vorm en het gebruik ervan (op leerlingniveau).
- kan verschillende soorten werkwoorden en hun kenmerken benoemen en kan de vorm en het gebruik ervan verklaren (op leerlingniveau).
- licht aan de hand van concrete voorbeelden taalbeschouwelijke begrippen binnen het orthografische, morfologische, semantische, sociolinguïstische en tekstuele domein toe.
VAARDIGHEDEN
De student:
- analyseert een communicatiesituatie a.d.h.v. het communicatiemodel en bijhorende taalkundige termen.
- onderscheidt verschillende tekstsoorten o.b.v. tekstdoel, inhoud en vormelijke kenmerken.
- communiceert correct in Standaardnederlands, zowel schriftelijk als mondeling.
DIDACTIEK
De student:
- brengt vanuit methodeanalyse aanvullingen of verbeteringen in lesmateriaal aan met speciale aandacht voor spelling- en literatuuronderwijs.
- kan activerende werkvormen voor spelling- en literatuuronderwijs inzetten en zelf uitwerken.
Begintermen
De student handelt vanuit zijn reeds behaalde pedagogisch-didactische bekwaamheid.
Identieke opleidingsonderdelen
Dit opleidingsonderdeel is identiek aan de volgende opleidingsonderdelen:
Z14418 : Nederlands W1 (Niet meer aangeboden dit academiejaar)
Plaats in het onderwijsaanbod
Onderwijsleeractiviteiten
9 sp. Nederlands WES1 (B-TM-Z63367)




Inhoud
In Nederlands WES 1 komen de volgende vakinhouden en vakdidactiek aan bod.
LITERATUUR
- taal- en literatuurgeschiedenis a.d.h.v. de Literaire Canon
- evolutie jeugdliteratuur
- literaire stromingen
TAALBESCHOUWING
- morfologie: woordsoorten - het werkwoord
- spelling
- woordsemantiek: referentie, denotatie en connotatie
- sociolinguïstiek: standaardtaal, tussentaal, dialect
- tekstsoorten: informatief, persuasief, prescriptief, narratief
VAARDIGHEDEN
- communicatiemodel en de factoren van een communicatiesituatie
- gespreksconventies en taalregister
- verbale en non-verbale communicatie
DIDACTIEK
- spelling- en woordenschatonderwijs
- de negen vragen van het communicatiemodel
Studiemateriaal
Studiekost: 26-50 euro (De informatie over studiekosten zoals hier opgenomen is indicatief en geeft enkel de prijs weer bij aankoop van nieuw materiaal. Er zijn mogelijk ook e- en tweedehandskopijen beschikbaar. Op LIMO kan je nagaan of het handboek beschikbaar is in de bibliotheek. Eventuele printkosten en optioneel studiemateriaal zijn niet in deze prijs vervat.)
In het WES-traject is er een combinatie van zelfstudiemateriaal dat online wordt aangeboden (bv. kennisclips, schema’s, cursussen, ...) en materiaal dat op papier wordt aangeboden (bv. via de cursusdienst).
Verplicht studiemateriaal:
- online leerplannen Nederlands 1ste en 2de graad secundair onderwijs
- online cursusmateriaal via Canvas
- De Keersmaecker, J. (2017). KATERN: schrijf. Leuven: Katern. (via docent)
- Joosten, C., Peppelenbos, C., & Temme, B. (2020). Basisboek Literatuur. Groningen: Uitgeverij kleine Uil.
- Schryver, De, J., Haeseryn, W., & Rutten, G. (2007 of een latere herdruk). Handboek Spraakkunst. Plantyn.
Aanbevolen studiemateriaal:
- Schryver, De, J., Haeseryn, W., & Rutten, G. (2007). Oefenboek Spraakkunst. Plantyn.
- Smessaert, H., Vanden Wyngaerd, G., Van Craenenbroeck, J. (2019). Basisbegrippen taalkunde. Morfologie en Syntaxis. Leuven: Acco.
- Van den Wijngaerde, C.-J., Boeykens, T. & Vandenberghe, B. (2017). Helder Nederlands. Wommelgem: Van In.
Toelichting werkvorm
Interactiecollege
Contactmomenten met voorbereidende opdrachten en verwerkingsopdrachten. Tijdens het contactmoment wordt een aanbod voorzien door de docent (zie semesterplanning) waarin de belangrijkste onderwerpen worden toegelicht of waarbij onder begeleiding oefeningen worden gemaakt. Er wordt ook tijd voorzien om vraaggestuurd te werken: studenten kunnen op voorhand vragen om bepaalde onderwerpen, oefeningen, taken, ... te bespreken.
Evaluatieactiviteiten
Nederlands WES1 (B-TM-Z95686)
Toelichting
Examenmoment | Beoordelingsschaal |
---|---|
TOTAAL | 1-20/20 puntenschaal |
Verhouding permanente evaluatie – examen:
- Examen: 60%
- 2 delen
- Deel 1: Literatuur + vaardigheden: 30%
- Deel 2: Taalbeschouwing + vaardigheden: 30%
- Permanente evaluatie: 40%
- Spellingtoets: 15%
- Presentatie: 10%
- Cultuurportfolio: 15%
- Opmerking: de student kan nog drie dagen na de deadline zijn opdracht indienen, maar verliest wel één punt per dag vertraging. Indien de student die afspraak niet nakomt, resulteert dat in 0/20 voor de opdracht in kwestie.
Clausules:
- Examen: de student dient voor beide examenonderdelen minimum 50% te behalen. Indien dat niet het geval is, kan er geen compensatie plaatsvinden. De student kan dan nog maximaal 7 op 20 behalen voor het gehele OPO.
- Permanente evaluatie: indien de student voor het totaal van de permanente evaluatie minder dan 45% behaalt, kan er geen compensatie plaatsvinden. De student kan dan maximaal 7 op 20 behalen voor het gehele OPO.
Correct gebruik van de Nederlandse standaardtaal, zowel schriftelijk als mondeling, vormt een deel van de evaluatie.
Toelichting bij herkansen
Voor dit opleidingsonderdeel zijn er geen deeloverdrachten.
Verhouding permanente evaluatie – examen:
- De verhouding tussen de permanente evaluatie (40%) en het examen (60%) blijft behouden. Voor dit opleidingsonderdeel zijn er geen deeloverdrachten.
- Correct gebruik van de Nederlandse standaardtaal, zowel schriftelijk als mondeling, vormt een deel van de evaluatie.
Tweede examenkans
- Wanneer de student niet slaagt voor de permanente evaluatie, herwerkt hij de ontoereikende opdrachten in de derde examenperiode (EP3) en schrijft hij bijkomend een reflectieverslag om aanpassingen of verbeteringen te duiden.
- Opdrachten waarvoor de student tijdens de tweede examenperiode een voldoende behaalde, moet hij niet hernemen. De student kan er in dat geval voor kiezen om het cijfer te behouden.
- Indien de student een opdracht niet eerder maakte, dan werkt hij die uit voor EP3, maar zonder reflectieverslag.
- De student legt bij de herkansing het examen opnieuw af, ongeacht het resultaat in de vorige examenperiode.
Clausules:
- Examen: de student dient minimum 50% te behalen voor elk examendeel. Indien dat niet het geval is, kan er geen compensatie plaatsvinden. De student kan dan nog maximaal 7 op 20 behalen voor het gehele OPO.
- Permanente evaluatie: alle opdrachten moeten gemaakt worden. Indien de student voor het totaal van de permanente evaluatie minder dan 45% behaalt, kan er geen compensatie plaatsvinden. De student kan dan maximaal 7 op 20 behalen voor het gehele OPO.